Advertentie

Artikel

Hoe Yahoo en Twitter bijdrage aan PRISM proberen te vermijden

Sophie Notten

Sophie Notten

  • Bijgewerkt:

Het controversiële online controleprogramma PRISM zorgde de afgelopen weken voor een hoop commotie. Amerikaanse internetbedrijven zouden namelijk informatie aan de overheid afstaan aan de Amerikaanse overheid. Tegelijkertijd zijn er een aantal grote spelers die de informatieverstrekking proberen tegen te gaan. Zo ondervonden Yahoo en Twitter beide uiteenlopende problemen met de Amerikaanse overheidsinstantie National Security Agency (NSA).

Na de terroristische aanslagen op 11 september 2001 werkte de Amerikaanse regering aan maatregelen om de controle op het web te verbeteren. Dankzij verbeterde surveillance op het web zou het risico op toekomstige aanvallen, zowel online als in de echte wereld, aanzienlijk verminderen.

Om dit te bewerkstelligen werd de Foreign Intelligence Surveillance Act (FISA) uitgebreid. De Terrorist Surveillance Act werd in 2006 in het leven geroepen en in 2007 aangevuld met de Protect America Act. Deze maatregelen hadden allen als doel een beter beeld te creëren van wat er op het internet gebeurt.

Nu blijkt echter dat de NSA in het uitvoeren van haar beveiligingstactieken veel grondiger te werk gaat dan voorheen gedacht werd. Persoonlijke accounts zijn dankzij het PRISM-programma toegankelijk voor de Amerikaanse overheid. De Washington Post betichtte onder andere Microsoft, Google, Facebook, Apple, YouTube en Yahoo ervan gebruikersinformatie door te spelen aan de NSA en FBI. Een aantal van deze bedrijven verklaarden niets af te weten van dit programma of van een eventuele samenwerking met de overheid.

De New York Times publiceerde vandaag een artikel waarin getoond werd dat Yahoo in 2008 bezwaar aantekende tegen bijdrage aan PRISM. Yahoo verklaarde dat de controle tegen de grondwettelijke rechten van Amerikanen inging. Een rechtbank besloot echter dat dit “overdreven” was. Yahoo kreeg de keuze om mee te werken aan het programma of de wet te overtreden met alle gevolgen van dien. Yahoo koos er uiteindelijk voor akkoord te gaan met het doorspelen van gebruikersinformatie aan de veiligheidswaakhond.

Hoe Twitter de dans ontspringt

Er was een opvallende afwezige op de lijst van internetbedrijven die informatie verschaffen aan PRISM: Twitter. Het microblog is een waardevolle bron van gebruikersgegeven alleen al vanwege het grote aantal berichten dat per dag verstuurd wordt.

Twitter is ook aanzienlijk jonger dan de andere bedrijven die data verschaffen voor het overheidsproject. Volgens The Verge is het opvallender dat namen als BlackBerry en Amazon afwezig zijn. Daarnaast is het ook goed mogelijk dat Twitter niet in staat is informatie op een effectieve manier door te spelen vanwege het systeem waarmee het werkt. Google en Facebook zijn hier bijvoorbeeld veel geschikter voor.

Twitter heeft een lange geschiedenis van onwelwillendheid om gebruikersinformatie door te spelen aan derden. Het bedrijf heeft de reputatie niet mee te willen werken aan overheidsinitiatieven om data te verzamelen én het ook actief tegen te gaan. Zo wilde het bedrijf onlangs niet meewerken door de politie van New York gegevens over een Occupy Wall Street demonstrant te verschaffen. Twitter verloor uiteindelijk een daaropvolgende rechtszaak hieromtrent.

De toekomst van online privacy

Er verschijnen nog steeds meer details over PRISM. Niet iedereen is negatief over dit programma omdat het daadwerkelijk aanvallen heeft verijdeld volgens de directeur van het NSA. Hierover volgt meer informatie. Voor persoonlijke beveiliging van je accounts raden we je aan goed de privacy- en veiligheidsreglementen van de programma’s die je gebruikt te lezen. Voor Facebook zijn er een aantal handige tips, alhoewel dit uiteraard geen volledige veiligheid garandeert.

Bron: The New York Times | The Verge | Wired

Sophie Notten

Sophie Notten

Het nieuwste van Sophie Notten

Editorial Richtlijnen